Abbauen (verwijderen)
Negatieve, als gevolg van chemische veranderingen in de ontwikkeling van een wijn, die over haar hoogtepunt heen is.

ABC Trinker (ABC drinker)
"Anything but Chardonnay" - alles behalve Chardonnay, zweren vele wijnliefhebbers in Amerika, de vroege jaren '90. De reden: Veel Amerikaanse Chardonnays waren veel te dik, breed en weelderig - in Oostenrijk waren dergelijke wijnen een trend, vandaag is het in de tegenovergestelde richting.

Abgang (afwerking)
Is de nasmaak, wanneer een wijn na het slikken achterlaat. Grote wijnen zijn duurzaam, dus hebben een langere afwerking dan kleine. Sommige deskundigen zijn van mening, dat ze de afwerking van een wijn met een stopwatch kunnen meten.

Ab Hof Verkauf (verkoop aan de boerderij)
Directe verkoop bij wijnboerderij van de wijnmaker. In Oostenrijk worden nog steeds rond een kwart van alle wijnen op deze manier verkocht.

Abstoppen (Klokken, stoppen)
Onderbreking van de gisting, bijvoorbeeld door de fermentatie of toevoeging van zwavel, om een bepaalde restsuiker in de wijn te verkrijgen (bijv. voor de selectie).

Abziehen, abstechen, umziehen (Trekken, afsnijden, verplaatsen)
Aanvullen van de wijn tijdens het wijnmaken. Witte wijnen worden meestal verplaatst, na de gisting in een opslagcontainer, om zich te ontdoen van gist en trub stoffen.

Aceton (aceton)
Aceton wordt geproduceerd door bacteriën in wijn. Het resultaat is een wijn fout die zich manifesteert door de geur van oplosmiddel.

Adstringieren (samentrekken)
Vanwege de hoge looizuur (tannine), heeft de wijn invloed op de slijmvliezen en laat daarmee een licht bittere, wrange nasmaak.

Agraffe (kooi)
Franse term voor de draadmandje bij mousserende wijn flessen, waarmee het bevestigd is met de kurk.

Alkohol (alcohol)
Gevormd tijdens de gisting van druivensap uit druivensuiker en zorgt voor de bedwelmende effect van de wijn.

Alkoholgehalt (alcoholgehalte)
Hij is in de wijn meestal tussen 9 en 15 volumeprocent en het hangt onder andere van de hoeveelheid suiker in de druiven af en van de soort gist die wordt gebruikt voor gisting .

Allier
Frans departement, waar van daan een groot deel van het eikenhout komt, die wordt gebruikt voor de bouw van vaten. De Allier eikenhout heeft vooral fijne poriën en geeft de wijn een warme, kruidige aroma.

Alte Reben (oude wijnstokken)
Oude wijnstokken hebben niet alleen hun 'fysiologische evenwicht gevonden, "maar vooral diepe wortellen en brengen dus zeer complexe, evenwichtig en extract rijke wijnen voor. Op veel wijnetiketten wordt met de term 'Old Vine "verwezen naar een speciale wijn kwaliteit.

Altern (veroudering)
Wijn veranderd in de fles, veroudert en wordt ideaal, over een bepaalde periode van tijd, volwassen en beter. Daarbij veranderen zich, door chemische processen, geur, smaak en kleur van de wijn.

Ampelographie
Is de druivenrassen, druiventypes specialisatie.

Aperitif (aperitief)
De alcoholische drank (vooral populair zijn mousserende wijnen, maar ook licht, geurige witte wijnen zoals de Gelbe Muskateller) wordt voor het eten gedronken en "opent de maag."

Ausbruch (het uitbreken/uitbraak)
Specialiteiten van het wijndorp Rust / Burgenland. Deze wijn wordt uitsluitend gemaakt van nobele overrijpe en gedroogde bessen. Deze bessen zijn speciaal geselecteerd, vandaar de naam „gebroken“.

Auslese (selectie)
Wijnen uit geselecteerde volrijpe druiven, meestal met een bepaalde hoeveelheid restsuiker percentage. Kunnen zeer duurzaam zijn, geschikt voor desserts of gewoon om te drinken.

Ausgesteckt
Is de Oostenrijkse benaming voor een open taverne of wijnhuis, die door een borstel of struik boven de voordeur duidelijk geaccentueerd is.

Bacchus
Romeins (en Grieks) god van de wijn (Dionysus)

Barrique
Klein, nieuw eiken vat dat ongeveer 225 liter Bordeaux bevat. Deze eenheid is ingesteld in het jaar 1866 in het bijzonder voor de overzeese handel en zelfs vandaag wereldwijd hebben de meeste vaten deze grootte. In Burgenland heet een kleine eikenhouten vat "Pièce" en bevat 228 liter, maar er zijn ook vaten van 300 liter.

Beerenauslese
Geconcentreerde wijnen uit edele zoete druiven, die in Oostenrijk een must gewicht (druiven en fruit suiker in de most) van ten minste 25 KMW (Klosterneuburger Mostwaage) moeten hebben.

Biologischer Säureabbau (Biologische zure vermindering)
Daarbij wordt, voor de tong de scherp ogende appelzuur, bacteriël getransformeerd in de milde uitziende melkzuur.- vandaar de enigszins melkachtige smaak na het voltooien van zijn zure degradatie.

Böckser (sulfide)
Wijn fout die zich door een onaangenaam geur van rotte eieren bemerkbaar maakt.

Botrytis cinerea (Noble rotschimmel)
Doet zich voor in de herfst en bij droog weer, is dan verantwoordelijk voor de wijnen van een hoge kwaliteit. Doorboort de huid van de druif en door de verdamping van water uit de druif verhoogt het relatieve suikergehalte.

Bouquet
Het totaalbeeld van de geur, die de wijn inademt, ideaal verkeren ze ook in de mond op het gehemelte.

DAC
Gecontroleerde oorsprongsbenaming in Oostenrijk – staat voor een typische wijn van een regio De vorige DAC regio's zijn de wijnstreek (Grüner Veltliner), Traisental (Grüner Veltliner en Riesling) en de Centraal-Burgenland (Blaufränkisch).

Dekantieren (decanteren)
(Frans voor "ter verduidelijking") scheiding van de heldere wijn van zijn depot (in witte wijnen van het kleurloos en smaakloos wijnsteen, in rode wijnen daarnaast van kleurstoffen en tannines? Door omgietten van de fles in een karaf. Bovendien bereikt man, door tijdige decanteren, ook een opening van wijn.

Dosage (dosering)
Toevoeging van opgeloste suiker , bijvoorbeeld zoete wijn in de productie van mousserende wijn.

Edelfäule (Noble Rot)
Veroorzaakt door de rot schimmel (Botrytis cinerea), dit doorboort de huid van de druif, door de verdamping van het water, komt een relatief suiker en extract-concentratie in de druif, waardoor de wijnen van hoge kwaliteit produceert kunnen worden.

Eiswein (Ijs wijn)
De druiven worden geoogst in de bevroren toestand en moeten een minimaal gewicht van 25 KMW hebben, in tegenstelling tot bessen of gedroogde bessen, selectie gaat hier niet over nobele rotte druiven, dus er is geen botrytiston in het ijs wijn.

Entrappen (Voortvloeien)
De bessen worden, voordat ze geperst worden, mechanisch gescheiden van de steeltjes. Onverhoute, groene stijlen kunnen de wijn bitter en hard maken.

Essigstich (Azijn gravure)
Veroorzaakt door azijnzuur bacteriën, die met, onrein druivenmateriaal besmet is, merkbaar door azijn geur in de neus - een dergelijke wijn is dan besmet.

Extract (uittreksel)
Is wijn minus het water, strikt gezegd: alle stoffen die na de volledige verdamping van het water over blijven (suikers, zuren, mineralen, tannine en kleurstoffen) . Neem je de suiker weg ,dan is er een suikervrije extract te verkregen (meestal 20 tot 30 gram per liter), hoge-kwaliteit wijnen hebben meestal een hoger extrakt inhoud.

Fehler (fout)
De meest voorkomende wijn fout is waarschijnlijk een kurkgeur of kurksmaak, meer frequent voorkomende fouten zijn de sulfide (zwafel geur, rotte eieren) of azijngeur (azijngeur in de neus).

Filtration (filtratie)
Met het oog op meer helderheid en een stabiliteit te bereiken, worden sediment deeltjes gefilterd uit de wijn. In de laatste tijd is er een trend, in het bijzonder rode wijn niet te filteren, om de smaken uit de fles beter over te brengen. Maar soms kunnen zich daardoor stabiliteit en duurzaamheid problemen voordoen.

Finesse
Term voor de diversiteit van de wijn in geur en smaak.

Flaschengärung (Fles gisting)
(In Frankrijk "methode champenoise" genoemd). De tweede gisting, in de productie van mousserende wijn in de fles, die geacht wordt superieur te zijn van het resultaat van de grote-volume gisting.

Flüchtige Säure (Gehalte aan vluchtige zuren)
Een andere naam voor azijn gravure - een wijn fout, die zich door een azijnachtige geur merkbaar maakt.

Fülldosage
Suiker opgelost in wijn, waarin de tweede gisting in de productie van mousserende wijn begint.

Furmint
Oude witte wijn soort, die vooral in Hongarije – o.a. voor de Tokajer - een groot belang heeft, in Oostenrijk wordt, door enkele Ruster wijnbouwgebieden, Furmint droog of als een premium wijn gemaakt.

Gärung (Fermentatie (gisting))
Door de werking van de (natuurlijke of toegevoegde) gisten, wordt in het druivensap opgenomen en suiker in alcohol en kooldioxide omgezet.

Geläger (wijnmoer)
Sediment deeltjes die, tijdens de helderheid van wijn en druivenmost, zich afzetten op de bodem van het vat. Bestaat uit gist, wijnsteen, kleine stukjes fruitvlees, eiwitten en kleurstoffen. Bevat ook wat wijn en kan dus gedestilleerd worden.

Gemischter Satz (gemengde vervanging)
Ontstaat wanneer verschillende druivenrassen in dezelfde wijngaard zijn. (In tegenstelling tot, worden bij de cuvée alleen de druivenmost of wijn gemengd.) Vooral in Wenen, maar ook in Stiermarken, heeft een gemengde set een lange traditie en wordt vandaag gedeeltlijk herontdekt.

Gerbstoffe (tannines)
Afkomstig uit de stelen, zaden en druiven huid en hebben een samentrekkende (adstringerende) effect op het verhemelte.

Gespritet (ook aufgespritet)
Door toevoeging van zuivere alcohol worden wijnen "gespritet" en bereiken een alcoholgehalte van meer dan 17 procent (zoals portwijn, sherry, Madeira).

Grundwein (Basiswijn of fundamentele wijn)
Wijn, die voor de productie van mousserende wijn, gebruikt wordt (niet-mousserende wijn, omdat koolzuur wordt gevormd alleen door de tweede fermentatie).

Hagel
Aartsvijand van de wijnmaker, worden de druivenschillen geschonden, dan gaat het rotten, wat bekend is, niet zeer gunstig is voor de wijn.

Halbtrocken (Semi droog)
Als "semi-droog" wordt naar wijnen verwezen die een restsuiker gehalte van 10 tot 12 gram per liter hebben.

Haltbarkeit (duurzaamheid)
Hoe lang een wijn houdbaar is, hangt in beginsel van de rijpheid van de druiven af. Belangrijk is een hoog gehalte aan zuur en alcohol, waarbij een hoog suikergehalte die houdbaarheid nog essentiël verlengen kan.

Harmonisch (harmonieus)
Een wijn wordt harmonisch of rond genoemd, als de individuele smaakcomponenten optimaal op elkaar afgestemd zijn.

Hart (hard)
Harde wijnen zijn zeker niet harmonieus. De onaangename indruk, die is vooral te wijten aan een inkrimping van de slijmvliezen, komt meestal door het gebruik van onrijpe druiven of een hoog tannineinhoud voor (looizuur).

Haustrunk (huis sap)
Geperste sap uit druiven met hoge tanninegahalte, die alleen mag worden gebruikt voor persoonlijk gebruik van de wijnmaker.

Hefe (gist)
Door de gist wordt de fermentatie veroorzaakt, tijdens van de suiker uit het druivensap,ontstaat alcohol. Vooral vers belegde jonge wijnen hebben vaak een iets intensere geur en smaak, maar die meestal ook snel verdwijnt.

Herb (kruid)
Zijn wijnen die veel tannine of zuurgraad hebben.

Heurigen (Weense specialiteit)
Weense specialiteit. Als "Heuriger" wordt de wijn genoemd van de laatste vintage.( tot 11 november = Martini van het volgende jaar), aan de andere kant, de plaats waar de wijn wordt geserveerd.

Imperiale (Keizerlijk (imperial))
Grote fles, die 6 liter inhoud heeft, dus het equivalent van acht normale flessen.

Jahrgang (Jaar snelheid (vintage))
Aangezien wijn volledig blootgesteld aan het weer is, kan het leiden tot ernstige vintage variaties. De vintage kan het verschil tussen een goede wijn en een onbeduidende wijn maken. In landen met een zeer stabiel klimaat (zoals Californië), de kleine vintage verschillen spelen een mindere rol, in de Bordeaux is de kwaliteit van de vintage een essetiële sleutel factor voor het prijsbeleid.

Jérobeam
Grote fles, die in het geval van champagne 3 liter, bij wijn meestal 4,5 liter(soms 5 liter), dus de inhoud van 6-7 normale flessen.

Jungfernlese (De eerste oogst)
De eerste oogst van een pas geplante wijngaard, die meestal in het derde of vierde jaar na het planten optreedt.

Kabinett
Kwaliteit Identificatie van de Oostenrijkse en Duitse wijn wet (droog, onverbeterd kwaliteitswijnen met ten minste 17 mostgewicht). De naam gaat terug naar de gebouwde kelder in 1245 Cisterciënzer klooster van Eberbach in Rheingau.

Kämme
Ook druiven stelen

Karaffe (Karaf)
Glazen container, waarin de wijn a) bij het decanteren uit de fles, b) in het geval van tafelwijnen - uit grotere containers wordt omgeleegd - vooral in de zuidelijke landen, maar ook bij wijn tavernes.

Kirchenfenster ("Kerk venster"(kerkraam))
Wijnen, die een hoog glycerine inhoud hebben (meestal equivalent met een hoge totale alcohol inhoud), die vormen aan de binnenkant van het glas, strepen, die doet denken aan de vorm van de kerkramen.

Klevner
Als een witte Klevner voornamelijk gebruikt synoniem in Stiermarken voor Pinot Blanc, in Zwitserland voor Traminer, als rood Klevner een synoniem voor blauw Pinot Noir.

Klon (Kloon)
Wat een kloon is, hoeft de gemiddelde wijnliefhebber niet per se te weten, maar zoals altijd insiders of mensen, die daarvoor door willen gaan dat woord in de mond nemen, wordt het hier uitgelegd: Een kloon is een plant, die door vegetatieve voortplanting nageslacht maakt. Bij de kloonfokken handelt het zich om een selectie te fokken met de doel optimale wijstokken te verkrijgen.

Klosterneuburger Mostwaage(KMW) (Kloosterneuburger most schaal)
Uitgevonden heeft de uitvinder van de hydrometer, om het suikergehalte te meten in de druivenmost, de eerste directeur van het Oostenrijks-oenologische pomologische Instituut in Klosterneuburg, August Wilhelm Freiherr von Babo. Het suikergehalte wordt uitgedrukt in procenten (g/100 g vloeistof), waarbij de vermeende suikervrij extract inhoud vanaf het begin afgetrokken wordt.

Kohlensäure (Koolzuur)
Koolzuur wordt geproduceerd tijdens de alcoholische vergisting van suiker. Een bepaalde hoeveelheid koolzuur is niet onbelangrijk, hoe lang een wijn fris blijft; dat is waarom aan de wijn tijdens het vullen ook koolzuur toegevoegd wordt. Teveel koolzuur laat de wijn op je tong rollen.

Kork (Kurk / Cork)
Kurken voor flessen worden gemaakt uit de schors van de kurkeik. Ze worden gebruikt sinds het midden van de 17e Eeuw, waar het vandaag de dag verschillende lengtes (tot 60 mm) en kwaliteiten op de wereldmarkt te verkrijgen zijn. Vooral voor zeer hoge kwaliteit wijnen worden bijzonder lange kurken gebruikt. Inmiddels zijn al tal van alternatieve fles vergrendels zoals schroefdop, kunststofdop of glas sluiting (vergrendeling) op de markt, die overwegend worden gebruikt voor lichtere en jong te drinken wijnen.

Korkenzieher (kurkentrekker)
Het aantal kurkentrekkers is niet meer te overzien. De eenvoudig te bedienen en nu op grote schaal gekopieerd "Screw-pull", waarbij de spindel wordt aangedreven door de kurk en die wordt dan gelift, is in de kurkentrekker wereld ongetwijfeld gerevolutieoneerd. Echter, professionals geven de voorkeur aan de stabiele zogenaamde "Keller kurkentrekker".

Korkgeschmack (Kurksmaak)
De kurksmaak - voornamelijk veroorzaakt door trichloroanisol –vloeit in de meeste gevallen uit de paddestoelen voort,die de kurk al aan de boom infecteren, soms kan ook onjuiste behandeling of opslag van de kurk de oorzaak zijn.

Körper (lichaam)
Men spreekt van het lichaam of de lichamen rijkdom, als een wijn met name vele extractieven (inclusief alcohol) tentoonstellt. Synoniemen: volledige, volumineuze, krachtige, volle, mollige, vlezige.

Lage (Locatie)
Specifieke locatie of wijngaarden hebben voornamelijk de functie om de herkomst van wijnen te kunnen identificeren - vandaar ook in Oostenrijk de niet erg ver gevorderd poging om locatie beoordelingen te maken; goede locaties zijn een basisvoorwaarde voor de bereiding van grote wijnen.

Lagenklassifizierung (Locatie classificatie)
Ter gelegenheid van de Parijse wereld tentoonstelling van 1855, werd in Frankrijk voor totaal 63 chateaux in Bordeaux een classificatie op basis van de "cru"-systeem gemaak, die was gebaseerd op de toenmalige marktprijs en grotendeels nog steeds geldig is. Naar aanleiding van dit voorbeeld, zijn er nu in vele wijnbouwoppervlakten locatie classificaties. In Oostenrijk is dit systeem tot nu toe nauwelijks uitgesproken. Poging, zoals dat in Kamptal, hebben tot nu toe alleen intern betekenissen voor de wijnmakerij zelf

Lagerung (Opslag)
De belangrijkste punten, die voor een goede wijnopslag moeten worden genomen : liggend, koel, donker, geen trillingen, eerder in een vochtige kelder (vanwege de kurk) en tegen de laagst mogelijke temperatuur schommelingen.

Landwein (Land wijn)
In Oostenrijk, een tafelwijn met minstens 13 KMW, maximaal 11,5% alcohol en een maximum van 6 gram restsuiker, waarbij de druiven uit een Oostenrijkse wijngebied moeten komen.

Lieblich (Zoet, Lovely)
Volgens de huidige Oostenrijkse wijn wet, identificeert men wijnen, met een restsuikerinhoud die ligt tussen 12 en 45 g per liter, als zoet. Smaakvol vindt men 12 gram als "zoet", 45 gram echter duidelijk als "zoet, sweet"

Magnum
Dubbele flessen van 1,5 liter inhoud. Leuk voor grotere "tafel ronden", goed voor de levensduur van de wijn.

Malvasier
Synoniem voor het witte druivenras „vroege rode Veltliner“.

Messwein (Sacramentele wijn)
Volgens de definitie van de "Codex Juris Canonici" (Canon 924, paragraaf 3) wordt alleen vermeld dat sacramentele wijn natuurzuiver (geen verzuring) geproduceerd moeten worden van druiven en niet bedorven mogen zijn.

Methusalem
Grote fles met de inhoud van 8 flessen = 6 liter

Milchsäure (melkzuur)
Ontstaat door biologische gisting van de appelzuur en smaakt minder zuur.

Mousseux (mousse)
Veel beter klinkende term voor de perlen van mousserende wijn.

Nachgeschmack (nasmaak)
Vaak langdurige smaak, die na het drinken blijft hangen in de mond.

Nase (neus)
Een andere term voor de geur / de wijn aroma.

Nebukadnezar
Champagne of wijn "voorraad fles" met 15 liter capaciteit (komt overeen met 20 flessen)

Nègociant Eleveur
Wijnhandelaar, die jonge wijnen koopt en vervolgens ze nog verder uitbreid.

Nervig (vervelend)
Er zijn ook wijnen, die echt op je zenuwen kunnen gaan werken, echter de uitdrukking "vervelend" beschrijft een combinatie van kracht en ras, meestal zijn deze wijnen zuurder en van duidelijke structuur.

Önologie (oenologie)
De wetenschap van wijn.

Organoleptik (organoleptische)
Zintuigen onderzoek – hier natuurlijk het proeven van de wijn.

Oxidation (oxydatie)
Reactie van een stof met zuurstof. Hoewel een wijn een bepaalde hoeveelheid zuurstof moet hebben om te rijpen, toch zal het in de wijnbereiding, zuurstof (lucht), voorzover mogelijk grotendeels behouden. Geoxideerde/oxidatieve wijnen variëren meest ongewenst (hoge kleur, lucht smaak, firn, brood geur etc.). Bij sommige wijnen leidt „oxidatieve“ uitbreiding naar de gewenste geur-en smaak profiel (Sherry, Port, Madeira).

Peronospora
Valse bloomtau

Petrolton (benzine)
Wijn aroma, doet denken aan benzine / petroleum, vooral bij oudere Riesling.

Prädikatswein (Predicaat wijn)
Gedefinieerd door hoge vruchtensap gewicht, hoge kwaliteit wijnen. In Duitsland uit Kabinet, in Oostenrijk uit Spätlese.

Probus
Romeinse keizer die, de wijnbouw in Gallië, evenals aan de Donau, in Wenen, aanmoedigde.

Reblaus (Druifluis)
Werd geïmporteerd uit Amerika naar Europa en veroorzaakte, door schade aan de wortels van wijnstokken vóór het begin van de eeuw, bijna overal enorme schade. Vandaag de dag een probleem vooral in Californië.

Reduktiver Ausbau (reductieve uitbreiding)
Uitbreiding van de wijn, mogelijk zonder contact met zuurstof (in tegenstelling:oxidatieve) in druk reservoirs. De wijnen worden daardoor zeer fruitig en tonen een intense, frisse geur.

Restsüß/Restzucker (Restsuiker)
Rest van de suiker, dat na de gisting in de wijn overblijft.

Ried
Wijngaard in de wijngaarden

Rosé
Snel geperste rode wijn, die een licht roze kleur aanneemt, en de beste komen uit het zuiden van Frankrijk (Provence, Languedoc-Roussillon), bijvoorbeeld in Oostenrijk, West Stiermarken, Schilcher.

Ruländer (Pinot Gris)
In Duitsland en Oostenrijk, gemeenschappelijke naam voor Pinot Gris.

Rütteln (schudden)
Door het schudden van mousserende wijn flessen wordt, tijdens de tweede gisting, de resulterende gist in de flessenhals bevorderd.

Sämling 88
Druivenras, die in Oostenrijk, vooral in gebieden met een hoge predikaat, de beste resultaten brengt (Scheurebe).

Schwefel (zwavel)
Maakt wijn duurzaam en veroorzaakt, bij een te hoge dosering of intolerantie, hoofdpijn.

Sekt (Champagne of Mousserende wijn)
In Duitstalige landen de term voor mousserende wijn volgens de EU-richtlijnen, vanaf het vredesverdrag van Versailles (1919) de mousserende wijn mocht ook champagne worden genoemd.

Sommelier (wijn ober)
De wijn ober. Vaak zet de sommelier ook de wijnkelder samen en bezorgt aankoop, vooral de gast zal hij in de eerste plaats goed adviseren.

Spontangärung (Spontane gisting)
Gisting, die alleen door in de kelder natuurlijke gisten (dus geen toegevoegde, zogenaamde "geselecteerde gisten") in beweging komt. In tegenstelling tot de "Puregisting" zal de spontane gisting een grotere verscheidenheid aan smaken in de wijn brengen.

Strohwein (strowijn)
Wijn gemaakt van druiven,die op stromatten gedroogd zijn en daardoor ook gekrompen zijn(rosi niere).

Sturm (Storm)
Term voor mousserende jonge wijn in de eerste fase van de gisting.

Sur lie
Betekent "op de gist", witte wijnen worden opgeslagen voor een lange tijd, om meer complexiteit te krijgen.

Tannin (Tannine)
Tannine in rode wijn heeft een krimpende effect in de mond.

Terroir
Invloed van de bodem, heuvel oriëntatie en het klimaat op de wijn; het belang van Terroirs voor het karakter van de wijn wordt in Oostenrijk steeds meer erkend.

Toasting (roosteren)
Nieuwe vaten worden gebrand, wat de wijn zijn eigen, rokerige smaak geeft; er zijn lichte, middelzware en sterk roosting.

Trester/Trebern (afvallen van druiven/korrels)
Residuen na persing van de druiven; worden vandaag door veel wijnmakers voor liquor, korrels verbrand (Grappa in Italië, in Frankrijk Marc genoemd).

Uhudler
Directe wijnstok in Oostenrijk, dat dateert uit de Amerikaanse hybride wijnstokken.

Verschnitt (knipsels, snijden)
Mengen van verschillende wijnen, jaargange, enz., om de kwaliteit van een wijn te optimaliseren.

Vinifikation/Vinifizierung (Vinificatie / Wijnbereiding)
De wijnbereiding, indien deze in de wijnkelder plaatsvindt.

Viognier
Oorspronkelijk aan de Rhône (Frankrijk)gevestigd, de wereldwijde verspreiding van witte druifsoorten , die in het wijn distrikt, Graf Hardegg , voor de eerste keer in Oostenrijk blootgesteld werd

Weinpanscherei (wijn fraude)
Vervalsing van wijnen, zoals door het toevoegen van water, in het middeleeuwse Wenen werden wijn frauders in hun eigen vaten gegooid.

Weinstein (wijn steen)
Fijne kristallen die, in witte wijn tijdens de gisting of opslag, zich settlen; ze bestaan voornamelijk uit kalium en zijn geur-en smaakloos.

Zucker (Suiker)
Van de druiven en vruchten suiker in de druif, ontstaan door gisting van de alcohol in de wijn.